Ik zag een tijdje terug in een Facebookgroep dat ze haar babyspullen aan het minimaliseren was omdat er niet nog een kindje komt. Ze verloor haar zoontje na 17 weken zwangerschap. Ze moest letterlijk en figuurlijk loslaten. Wat een kanjer. Hierbij haar verhaal.
“Wat te doen als het leven niet loopt zoals je hoopt. Ik had kunnen kiezen om te blijven hangen en negatief te worden of het leven terug in handen te pakken door de narigheid los te laten. Dat laatste heb ik gedaan.
13 juni 2015 werd ons zoontje geboren, na 17 weken zwangerschap, veel te vroeg en in de parkeergarage van het ziekenhuis. Hoe bizar ook, het eerste gevoel was opluchting. Al snel kwam het gitzwarte rauwe verdriet en later het loslaten.
Ons zoontje ontstond niet vanzelf, maar met hulp van het ziekenhuis.
Dat het zwanger worden niet vanzelf ging, maakte het een hele bewuste keuze om voor nog een kindje te gaan. In ons geval bijzonder want de zwangerschap / bevalling van onze dochter was pittig geweest en een komende zwangerschap, zo was ons verteld, zou ook geen onbezorgde zwangerschap worden.
Bloedverlies
Het was snel raak, maar ik voelde mij direct ziek. Ik had bloedverlies, steeds meer en steeds vaker. Dat kleine kindje in mijn buik hield stand en bij een hele vroege 3D echo (voor wetenschappelijk onderzoek) werd duidelijk dat het een jongetje was. Door het bloedverlies zat ik 1-2 per week in het ziekenhuis, het voelde niet goed, oorzaak werd niet gevonden waarop ik naar huis kon. Mijn conditie ging hard achteruit, traplopen, werken, reizen met de trein, fietsen, zorgen voor mijn dochter, alles werd minder. Hulptroepen werden ingeschakeld door nog voor 12 weken het aan onze familie te vertellen. De weken gingen verder, ook het bloedverlies en de artsen maakten zich zorgen om mijn gezondheid.
Ik voelde zelf ook dat het niet goed ging en ten kosten van mijn gezondheid, daarnaast zorgde het voor onrust binnen ons gezin. Op 12 juni ging ik met mijn man in beraad, mijn bloedgehalte was inmiddels zo laag dat ‘mijn leven’ in gevaar kwam en de artsen over wilde tot bloedtransfusies en dan zodra het kindje levensvatbaar was het halen. Na een avond praten, huilen, knuffelen hadden wij ons besluit genomen, geen transfusies en de zwangerschap stoppen. Kiezen voor mijn gezondheid en ons gezin. Met het ziekenhuis stond de afspraak om maandag weer contact op te nemen.
Het is voorbij, mijn lijf heeft besloten dat het klaar is.
Het is voorbij
Zaterdag, veel geslapen, ik heb mijn zoontje nog voelen schoppen en toen ik bij de kassa stond braken mijn vliezen, ik was alleen, ik bleef heel rustig, liep naar het toilet waar ik zag dat enkel de vliezen waren gebroken en het kindje nog in mijn buik zat. Ik ben teruggelopen, heb mijn boodschappen ingepakt en ben de supermarkt uitgelopen. Buiten heb ik mijn man gebeld, het enige wat ik kon zeggen, was, het is voorbij, mijn lijf heeft besloten dat het klaar is. Voor mij een opluchting, eindelijk nam mijn lijf de regie over, stop! tot hier en niet verder. Ik heb thuis nog een douche genomen en toen zijn wij vertrokken naar het ziekenhuis, waar, zoals ik al eerder schreef ons zoontje na 17 weken zwangerschap in de parkeergarage is geboren.
Rollercoaster
Het proces wat je daarna in gaat is nauwelijks te beschrijven. Ik zat in een rollercoaster vol emoties, variërend van verdriet, pijn, paniek maar ook opluchting en trots op dat kleine mannetje, want wat was hij gaaf en mooi. Gezien zijn geboortetermijn, hebben mijn man en ik een mooie plek in de natuur gezocht en hem daar begraven. Geen poeha, geen gedenkteken. De herinnering zit in mijn hoofd. Ons zoontje zit in mijn hart. Een kamertje was er gelukkig nog niet. Gezien de vorige zwangerschap had ik heel duidelijk voor ogen dat ik pas bij levensvatbaarheid een kamertje wilde bouwen. We waren van plan veel her te gebruiken. Het jaar na de bevalling was er dus een lege ruimte, onbestemd. Aangezien ik aan het minimaliseren ben geslagen, werd het langzaamaan een opbergplaats voor spullen die weg moesten. Het minimaliseren is ook ontstaan na het verlies van ons zoontje. Het opruimen gaf rust, leegte in mijn hoofd, leegte / overzicht in ons huis. We hadden veel te veel spullen. Ik kon met weinig moeite afstand doen van spullen maar de babyspullen was een ander verhaal. Het eerste jaar lagen ze of in het kamertje, of wanneer er vrienden zwanger werden, gingen de bruikbare spullen daar naartoe, maar… ik wilde ze wel terug.
De herinnering zit in mijn hoofd. Ons zoontje zit in mijn hart.
Rommelmarkt
Tot Koningsdag. Alle spullen hebben we in onze auto geladen, echt alles. Op naar een rommelmarkt. Alles uitgestald. Veel verkocht maar een deel ook niet. De volgende dag hebben we het restant naar een kringloopwinkel gebracht in een andere stad. Nooit meer wilde ik de spullen meer tegenkomen. Het heeft uiteindelijk 1.5 jaar geduurd voordat het kamertje zonder bestemming met babyspullen mij ging tegenstaan, waar ik eerst kon ‘genieten’ van het babyspul door mijn handen laten gaan, sloeg dat om naar frustratie. Mijn man en ik neigde steeds meer naar ‘het niet meer proberen’ maar de echte beslissing durfde we niet te nemen. Ik weet niet meer precies hoe het is gegaan, maar net voor de zomervakantie kwam het besef dat het zo goed was. Ik had graag twee kinderen willen opvoeden maar het heeft niet zo mogen zijn. Door de beslissing te maken, kwam er ruimte om ons leven opnieuw in te richten.
Bestemming
Het lege onbestemde kamertje, kreeg een bestemming. We hebben het bijgetrokken bij de kamer van onze dochter, zodat zij nu een mooie ruime kamer heeft. De gipsmuur tussen de twee kamers moest eruit. Ik weet nog dat ik heel stoer was, dat doe ik wel even. Ik ben begonnen, niet wetende hoe therapeutisch dit zou zijn. Ik heb met de hamer geslagen, met mijn benen getrapt, het stof vloog om mij heen en ineens was er een gaatje en kon ik door de muur heen kijken. Toen ik dat punt bereikte voelde het alsof de grond onder mijn voeten verdween, ik heb gehuild, tranen van maanden. Het besef, dat ik bewust koos voor geen zwangerschap, kwam zo hard binnen. Met ogen vol tranen ben ik doorgegaan, en hoe groter het gat werd, hoe rustiger ik werd.
Nu, meer dan drie jaar later, kan ik oprecht zeggen: het is goed zo.”
Lees ook: